Het buitengebied leent zich goed voor het huisvesten van kleine en startende ondernemingen. Tegelijkertijd versterken deze bedrijven de leefbaarheid van het buitengebied door het behouden van werkgelegenheid en activiteiten.
De bedrijvigheid moet wel afgestemd zijn op de omgeving. Zo zijn bedrijven met een zware milieucategorie (vanaf categorie III) niet gewenst, omdat deze bedrijven de directe omgeving te veel tot last zijn. Daarnaast zijn bereikbaarheid, toereikendheid van bestaande infrastructuur en milieuzoneringen relevant. Om schadelijke invloeden te voorkomen, zijn de mogelijkheden beperkt tot 1.000 m² bebouwd oppervlak en 2.500 m² perceelsoppervlak per bedrijf. Grotere bedrijven horen niet meer thuis in het buitengebied, maar op een lokaal bedrijventerrein.
Een uitzondering wordt gemaakt voor bedrijven met een milieucategorie van III, indien deze functie ondersteunend of complementerend is aan het buitengebied en niet passend zijn op een bestaand bedrijventerrein. Overige functies mogen daarbij niet worden belemmerd of geschaad en de functieverandering naar werk (categorie III) moet op een zorgvuldige wijze worden ingepast. Verandering naar een catagorie III-bedrijf vereist maatwerk.