direct naar inhoud van Toelichting
vastgesteld

Toelichting

Hoofdstuk 1 Het gemeentelijk plan

1.1 Beschrijving van het plan

De te verlenen omgevingsvergunning uitgebreide procedure, voor de bouw van een bedrijfshal op het perceel Distriboulevard 27, voorziet in een afwijking van het geldende bestemmingsplan voor het industriebedrijf Moerdijk.

1.2 Afwijking van geldende Verordening ruimte

De ontwerp omgevingsvergunning voorziet in de bouw van een bedrijfshal voor een distributiecentrum van banden. Een zeer klein gedeelte van het plangebied is daarbij gelegen binnen de structuur NNB. Binnen deze structuur kan het plan niet gerealiseerd worden wegens strijdigheid met artikel 5.1 van de Verordening ruimte.

in de ontwerp omgevingsvergunning is daarom voorzien in een wijziging in het Natuur Netwerk Brabant (NNB) ten opzichte van de structuur zoals op dat moment is opgenomen in de Verordening ruimte.
Dit is gebaseerd op mogelijkheden die artikel 5.5 van de Verordening ruimte bevat voor aanpassing van grenzen ten behoeve van bestemmingsplannen (=gelijk aan omgevingsvergunning). Meer informatie hierover is opgenomen in Hoofdstuk 3 Verordening ruimte Noord-Brabant.

Hoofdstuk 2 Herbegrenzing

2.1 Procedure

Het voornemen om ons te verzoeken de grenzen van de structuur 'Natuur Netwerk Brabant' (NNB) in de Verordening ruimte voor het gemeentelijk plan aan te passen heeft samen met de gemeentelijk ontwerp omgevingsvergunning ter inzage gelegen van 20 februari 2013 tot en met 2 april 2013. Gedurende deze termijn was het mogelijk te reageren op het aanpassen van de Verordening ruimte.

Er zijn geen reacties ingezonden tegen deze wijziging van de begrenzingen in de Verordening ruimte.

2.2 Oordeel t.a.v. verzoek tot herbegrenzing

Wij hebben besloten over te gaan tot het aanpassen van de begrenzingen in de Verordening ruimte ten behoeve van het gemeentelijk plan.

In de toelichting op het ontwerp en de daaraan ten grondslag liggende stukken wordt zorgvuldig onderbouwd dat aan de regels behorend bij een verzoek om wijziging van het Natuur Netwerk Brabant op verzoek voor kleinschalige ingrepen wordt voldaan. Planologisch is dit op een juiste wijze door vertaald in het ontwerp dat daarmee voldoet aan de daaraan gestelde regels in de Verordening ruimte.
In de volgende paragrafen gaan wij hier verder op in.

2.3 Wijziging voor de ontwikkelingen in het plan Distriboulevard 27, Moerdijk

Wij hebben de activiteiten in onderling samenhang beoordeeld en geconstateerd dat de kwaliteit en kwantiteit van het Natuur Netwerk Brabant in het gebied per saldo verbetert. Wij zijn van mening dat de gemeente voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat de ontwikkelingen zoals voorzien in de omgevingsvergunning wenselijk zijn en herbegrenzing van het ter plaatse aanwezige NNB rechtvaardigen. Er is voldoende gemotiveerd waarom deafweging resulteert in de kleinschalige ingreep in het NNB.

Ook is de in de te verlenen vergunning opgenomen natuurcompensatie - in de vorm van een aan te leggen vochtig bos in de aangrenzende NNB (zie landschappelijk inpassingsplan als toegevoegde bijlage bij dit besluit)landschappelijk inpassingsplan - is afdoende geregeld. Het totale inpassingsplan (inclusief voornoemde compensatie) en de borging van zowel de aanleg- en instandhoudingsverplichting zijn eveneens afdoende geborgd in de vergunning. Door de geplande herinrichting wordt de aantasting ruim gecompenseerd ter versterking van het bestaande NNB en is er ook anderszins sprake van een goede landschappelijke en natuurljke inpassing. Geconcludeerd kan worden dat het verzoek om herbegrenzing past binnen de kaders van artikel 5.5 van de Verordening ruimte en voor inwilliging in aanmerking komt.

Hoofdstuk 3 Verordening ruimte Noord-Brabant

De Verordening ruimte Noord-Brabant (hierna: Verordening ruimte) bestaat uit kaartmateriaal en regels die onlosmakelijk met elkaar zijn verbonden in een digitaal plan. Dit digitale plan kan in een kaartviewer in een internetbrowser bekeken en geraadpleegd worden. Een klik op de kaart maakt duidelijk welke structuren en aanduidingen met bijbehorende regels op die locatie gelden. Dit samenspel tussen kaarten en regels bepaalt welke normen een gemeente voor een bepaalde locatie moet hanteren bij het maken van een bestemmingsplan of bij het verlenen van een omgevingsvergunning die afwijkt van het geldende bestemmingsplan.
De kaarten maken dus deel uit van die normen en een wijziging van de kaarten betekent dat voor die locatie een andere norm gaat gelden. Bijvoorbeeld in plaats van de regels voor het gemengd landelijk gebied worden regels voor bestaand stedelijk gebied van toepassing.

Het is niet mogelijk in beroep te gaan tegen "algemeen verbindende voorschriften". Het gaat dan om wetten- en andere officiële regels, waaronder ook de provinciale Verordening ruimte valt. Ook tegen deze wijziging van de Verordening ruimte is daarom geen beroep mogelijk.

3.1 Bevoegdheid aanpassing grenzen

Omdat de gemeente bij het vaststellen van een bestemmingsplan de Verordening ruimte in acht moet nemen, zou het zonder aanpassingen van de kaart van de verordening niet mogelijk zijn om de omgevingsvergunning Distriboulevard 27, Moerdijk te verlenen. Het ontwerp zoals het er nu in aangepaste vorm ligt is immers in strijd met de regels voor het NNB. Vaststelling is dus alleen mogelijk wanneer de kaart van de Verordening ruimte zodanig is aangepast, dat het plan er niet langer mee in strijd is.

Om aanvaardbare en wenselijke wijzigingen in de grenzen van het NNB in het kader van een gemeentelijk plan/omgevingsvergunning mogelijk te maken, bevat de verordening in artikel 5.5 een regeling waarbij wij onder voorwaarden deze grenzen kunnen wijzigen op verzoek.

In artikel 38.5 is de procedure hiervoor opgenomen. Deze strekt ertoe, dat wij kennis kunnen nemen van zienswijzen over de nieuwe NNB-grenzen, voordat wij hierover een besluit nemen. Omwille van overzichtelijkheid en ter voorkoming van vertraging in de gemeentelijke besluitvorming is bepaald dat hiervoor gelegenheid wordt geboden tegelijkertijd met de terinzagelegging van de ontwerp-bestemmingsplan.

3.2 Natuurcompensatie

Indien het Natuur Netwerk Brabant aangepast moet worden ten behoeve van een plan, dient de aantasting van de natuur te worden gecompenseerd. Dit kan op de volgende manieren, een combinatie is ook mogelijk:

  • fysiek:
    Elders wordt door een initiatiefnemer nieuwe natuur gerealiseerd en in stand gehouden. Bij de berekening van de omvang van de compensatie wordt rekening gehouden met de leeftijd en ontwikkelingstijd van de natuur die wordt aangetast. Omdat het enige tijd zal duren voor de nieuwe natuur 'volwassen' is, komt er een toeslag bovenop de oppervlakte aangetaste natuur.
  • financieel:
    Er wordt een berekening gemaakt van de kosten van compensatie en het bedrag dat hieruit volgt wordt gestort in een provinciaal Groenontwikkelfonds. Dit wordt gebruikt om gronden in het NNB aan te kopen en daar natuur te realiseren.

De voorschriften voor natuurcompensatie zijn te vinden in bijlage 1 "Relevante artikelen Verordening ruimte".

3.3 Bijkomende wijzigingen

3.3.1 Wijziging van andere structuur door aanpassing Natuur Netwerk Brabant

In de Verordening ruimte wordt de ruimtelijke hoofdstructuur gevormd door het bestaand stedelijk gebied, het Natuur Netwerk Brabant, de groenblauwe mantel en het gemengd landelijk gebied. Deze structuren sluiten op elkaar aan en overlappen niet.

Dit betekent dat een wijziging in één van deze legenda-eenheden ook gevolgen heeft voor de aangrenzende structuur. Er kan niet volstaan worden met het verwijderen van het NNB, dit zou namelijk een 'witte vlek' in de kaart opleveren - er moet op die plek ook een nieuwe legendaeenheid aan worden toegekend.

De hoofdregels voor toekenning van het vlak waar het NNB is verwijderd zijn als volgt:

  • het vlak grenst ergens aan de groenblauwe mantel: het vlak wordt toegevoegd aan de groenblauwe mantel;
  • het vlak raakt geen groenblauwe mantel, maar wel bestaand stedelijk gebied: het vlak wordt toegevoegd aan bestaand stedelijk gebied;
  • het vlak was volledig omringd door gemengd landelijk gebied: het wordt toegevoegd aan gemengd landelijk gebied.
  • het vlak wordt volledig omringd door NNB: de toekenning van de aanduiding is maatwerk.

Andersom brengt de herbegrenzing ook met zich mee, dat op de locatie waar NNB wordt toegevoegd, een van de andere structuren (gemengd landelijk gebied, groenblauwe mantel, bestaand stedelijk gebied) vervalt.

In deze 'afgeleide' wijzigingen wordt bij deze herbegrenzing ook voorzien.

3.3.2 Wijziging van aanduidingen

Een aantal aanduidingen zijn niet relevant binnen het stedelijk gebied. Dit is het geval voor Zoekgebied voor stedelijke ontwikkeling, Beperkingen veehouderij, Attentiegebied Natuur Netwerk Brabant en Cultuurhistorisch vlak. Daarom worden dergelijke aanduidingen indien zij op de gronden in kwestie aanwezig zijn ook meteen in dit besluit verwijderd. Andersom komt het ook voor, dat waar de structuur bestaand stedelijk gebied komt te vervallen, de genoemde aanduidingen worden toegevoegd zodat deze goed blijven aansluiten op de gewijzigde grens van het stedelijk gebied.

3.4 Regels Verordening ruimte Noord-Brabant raadplegen

De wijziging heeft alleen betrekking op de begrenzingen van een beperkt aantal structuren en/of aanduidingen in de Verordening ruimte. Daarom dient naast dit wijzigingsbesluit ook altijd de Verordening ruimte Noord-Brabant te worden geraadpleegd:

  • voor de regels die van toepassing zijn op de gronden die bij dit besluit zijn aangeduid als bestaand stedelijk gebied, Natuur Netwerk Brabant, groenblauwe mantel en gemengd landelijk gebied;
  • omdat er nog andere aanduidingen en dus regels op dezelfde locatie van toepassing kunnen zijn.

Bijlage(n)

Bijlage 1 Relevante artikelen Verordening ruimte

Hoofdstuk 1 Wijziging van de structuur Natuur Netwerk Brabant

Artikel 5.5 Wijziging van de begrenzing op verzoek bij kleinschalige ingrepen

  • 1. Gedeputeerde Staten kunnen de begrenzing van het Natuur Netwerk Brabant op verzoek van de gemeente wijzigen ten behoeve van een individuele, kleinschalige ingreep.
  • 2. Een verzoek om wijziging van de begrenzing, als bedoeld in het eerste lid, gaat vergezeld van een bestemmingsplan waaruit blijkt dat:
    • a. de voorgestelde ingreep slechts leidt tot een beperkte aantasting van de ecologische waarden en kenmerken van het Natuur Netwerk Brabant in het desbetreffende gebied;
    • b. de voorgestelde ingreep leidt tot een kwalitatieve of kwantitatieve versterking van de ecologische waarden en kenmerken van het Natuur Netwerk Brabant als geheel;
    • c. de voorgestelde ingreep is onderbouwd met een afweging van alternatieven;
    • d. de voorgestelde ingreep vergezeld gaat van zodanige maatregelen dat er sprake is van een goede landschappelijke en natuurlijke inpassing;
    • e. de uitvoering van de voorgestelde ingreep en de daarbij betrokken maatregelen en de monitoring daarvan zijn verzekerd;
    • f. wordt voldaan aan de regels inzake het compenseren van verlies van ecologische waarden en kenmerken bedoeld in artikel 5.6 (compensatieregels).
  • 3. Artikel 3.2 (kwaliteitsverbetering van het landschap) is niet van toepassing op een bestemmingsplan als bedoeld in het tweede lid.
  • 4. Op een verzoek als bedoeld in het eerste lid is artikel 38.5 (procedure grenswijziging op verzoek) van toepassing.

Artikel 5.6 Compensatie

  • 1. De op grond van de verordening verplichte compensatie vindt, naar keuze, plaats door:
    • a. fysieke compensatie, overeenkomstig artikel 5.7;
    • b. financiële compensatie, overeenkomstig artikel 5.8.
  • 2. De omvang van de compensatie wordt bepaald door de omvang van het vernietigde of verstoorde areaal en de ontwikkeltijd van de aangetaste natuur, conform de volgende indeling:
    • a. natuur met een ontwikkeltijd van 5 jaar of minder: geen toeslag;
    • b. tussen 5 en 25 jaar te ontwikkelen natuur: toeslag van 1/3 in oppervlak;
    • c. tussen 25 en 100 jaar te ontwikkelen natuur: toeslag van 2/3 in oppervlak;
    • d. bij een ontwikkelingsduur van meer dan 100 jaar: de toeslag in oppervlak is maatwerk;
    • e. bij verstoring van natuur: maatwerk.

Artikel 5.7 Aanvullende regels voor fysieke compensatie

  • 1. De fysieke compensatie vindt plaats in:
    • a. de niet gerealiseerde delen van het Natuur Netwerk Brabant;
    • b. de niet gerealiseerde ecologische verbindingszones.
  • 2. In afwijking van het eerste lid kan fysieke compensatie ook plaatsvinden in, aansluitend op of nabij het aangetaste gebied indien een wijziging van de begrenzing plaatsvindt met toepassing van de saldobenadering als bedoeld in artikel 5.4.
  • 3. Een bestemmingsplan als bedoeld in de artikel 5.1, zesde lid, artikel 5.3, tweede lid, artikel 5.4, tweede lid en artikel 5.5, tweede lid, borgt de uitvoering van de compensatie;
  • 4. De toelichting bij een bestemmingsplan als bedoeld in het derde lid bevat een verantwoording over:
    • a. de omvang van het netto verlies aan ecologische waarden en kenmerken en op welke locatie dat optreedt;
    • b. de locatie waar en de wijze waarop het netto verlies, genoemd onder a, wordt gecompenseerd;
    • c. de kwaliteit en kwantiteit van de compensatie;
    • d. de termijn van uitvoering;
    • e. de inhoud en realisatie van de voorgenomen mitigerende en compenserende maatregelen;
    • f. het reguliere- en ontwikkelingsbeheer.
  • 5. De uitvoering van de fysieke compensatie wordt binnen drie jaar na onherroepelijk worden van het bestemmingsplan als bedoeld in het derde lid afgerond.
  • 6. In aanvulling op het vijfde lid, wordt indien sprake is van een aantasting van bedreigde soorten of hun leefgebied, de uitvoering van de compensatie in ieder geval afgerond op het moment dat de aantasting daadwerkelijk start.
  • 7. In afwijking van het vijfde lid, kan indien er sprake is van een omvangrijke en zware compensatieverplichting, de uitvoering van de compensatie een termijn van maximaal tien jaar bedragen, gerekend vanaf het onherroepelijk worden van het bestemmingsplan.
Hoofdstuk 2 Wijziging van de aanduiding Behoud en herstel watersystemen

Artikel 18.2 Wijziging van de begrenzing

  • 1. Gedeputeerde Staten kunnen de begrenzing van de aanduiding 'Behoud en herstel van watersystemen' wijzigen, mits dit tot een beter resultaat leidt voor het beoogde doel waarvoor deze gebieden zijn aangewezen.
  • 2. Alvorens Gedeputeerde Staten overgaan tot een wijziging van de begrenzing als bedoeld in het eerste lid, raadplegen zij het betrokken waterschapsbestuur.
  • 3. Het college van burgemeester en wethouders kan Gedeputeerde Staten verzoeken om de begrenzing van de aanduiding 'Behoud en herstel watersystemen' te wijzigen mits uit het verzoek blijkt dat de waterbeheerder hiermee instemt.
  • 4. Op een verzoek als bedoeld in het derde lid is artikel 38.5 (procedure grenswijziging op verzoek) van toepassing.
Hoofdstuk 3 Wijziging van de aanduiding Beperkingen Veehouderij

Artikel 25.2 Wijziging van de begrenzing op verzoek

  • 1. Het college van burgemeester en wethouders kan Gedeputeerde Staten verzoeken om de begrenzing van de aanduiding 'Beperkingen veehouderij' te wijzigen, mits:
    • a. het een ondergeschikte wijziging van het gebied betreft;
    • b. is aangetoond dat er sprake is van een aanvaardbaar woon- en leefklimaat mede gelet op aspecten vanwege milieu en volksgezondheid;
    • c. er geen aantasting van in de nabijheid gelegen ecologische waarden plaatsvindt.
  • 2. Op een verzoek als bedoeld in het eerste lid is artikel 38.5 (procedure grenswijziging op verzoek) van toepassing.
Hoofdstuk 4 Procedure wijziging op verzoek

Artikel 38.5 Procedure wijziging van grenzen op verzoek

  • 1. Het voornemen om een verzoek te doen als bedoeld in artikelen 4.11, 5.3, 5.4, 5.5, 6.20, 8.3, 9.3, 11.2, tweede lid, 12.2, 13.2, derde lid, 14.2, vierde lid, 18.2, derde lid, 19.2, derde lid, 20.2, derde lid, en 25.2, maakt deel uit van de uniforme openbare voorbereidingsprocedure van een bestemmingsplan, waarbij in het ontwerp bestemmingsplan, indien van toepassing, de volgende gebiedsaanduidingen worden opgenomen:
    • a. gebiedsaanduiding: overig – in Verordening ruimte toe te voegen [naam gebiedscategorie];
    • b. gebiedsaanduiding: overig – in Verordening ruimte te verwijderen[naam gebiedscategorie];
    • c. gebiedsaanduiding - vanwege natuurcompensatie te realiseren natuur, beheertype [landelijke code].
  • 2. Een verzoek wordt na afloop van de terinzagelegging bedoeld in artikel 3:11 van de Algemene wet bestuursrecht, bij Gedeputeerde Staten ingediend en gaat vergezeld van een beschrijving waaruit blijkt dat is voldaan aan de in deze verordening gestelde voorwaarden waaronder wijziging van de begrenzing mogelijk is en, in voorkomende gevallen, van naar voren gebrachte zienswijzen.
  • 3. Gedeputeerde Staten beslissen binnen vier weken na ontvangst van een verzoek als bedoeld eerste lid.
  • 4. Een bestemmingsplan ten behoeve waarvan de gemeente een verzoek om wijziging van de begrenzing heeft gedaan, wordt vastgesteld nadat Gedeputeerde Staten hebben besloten tot wijziging van de begrenzing.