direct naar inhoud van Artikel 4 Waarde - Archeologie
Plan: Woonservice-zone Sint Joseph, Nederweert
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0946.BPsintjoseph2011-VAS1

Artikel 4 Waarde - Archeologie

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde - Archeologie' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van verwachtte archeologische waarden.

4.2 Bouwregels

Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:

  • a. ten behoeve van de andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) mag - met inachtneming van de voor de betrokken bestemming(en) geldende (bouw)regels - uitsluitend worden gebouwd, indien er tijdens de graafwerkzaamheden of sloopwerkzaamheden archeologische begeleiding (protocol opgraving) plaatsvindt en er voorafgaand een Programma van Eisen door het bevoegd gezag is goed gekeurd;
  • b. het bepaalde in dit lid onder a is niet van toepassing, indien het bouwplan betrekking heeft op een of meer van de volgende activiteiten of bouwwerken:
    • 1. vervanging, vernieuwing of verandering van bestaande bebouwing, waarbij de oppervlakte, voor zover gelegen op of onder peil, niet wordt uitgebreid en waarbij gebruik wordt gemaakt van de bestaande fundering;
    • 2. een bouwwerk met een oppervlakte van ten hoogste 100 m² én waarvoor geen bouwwerkzaamheden (waaronder begrepen: heien en het slaan van damwanden) worden verricht die dieper reiken dan 0,4 m beneden het maaiveld.
4.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
4.3.1 Verbod

Het is verboden op of in de gronden met de bestemming 'Waarde - Archeologie' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het uitvoeren van grondbewerkingen, waartoe worden gerekend afgraven, woelen, mengen, diepploegen, egaliseren, ontginnen, ophogen en aanleggen van drainage;
  • b. het uitvoeren van heiwerkzaamheden en het op een of ander wijze indrijven van voorwerpen;
  • c. het graven en/of verbreden van sloten, vijvers en andere wateren;
  • d. het verlagen of verhogen van het waterpeil;
  • e. het aanleggen van ondergrondse kabels en leidingen en het aanbrengen van daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur.
4.3.2 Uitzondering

Het verbod van 4.3.1 is niet van toepassing, indien de werken en werkzaamheden:

  • a. een oppervlakte beslaan van niet meer dan 100 m² én niet dieper reiken dan 0,4 m beneden maaiveld;
  • b. noodzakelijk zijn voor de uitvoering van een bouwplan waarbij lid 4.3.1 in acht is genomen;
  • c. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van de inwerkingtreding van het plan;
  • d. ten dienste van archeologisch onderzoek worden uitgevoerd;
  • e. normaal beheer en onderhoud betreffen;
  • f. worden uitgevoerd in bestaande weg- en leidingcunetten
4.3.3 Voorwaarden

De werken en werkzaamheden, zoals in lid 4.3.1 bedoeld, zijn slechts toelaatbaar, indien er tijdens de graafwerkzaamheden of sloopwerkzaamheden archeologische begeleiding (protocol opgraving) plaatsvindt en er voorafgaand een Programma van Eisen door het bevoegd gezag is goed gekeurd.

4.3.4 Strafbaar feit

Overtreding van het verbod van lid 4.3.1 is een strafbaar feit, zoals bedoeld in artikel 1a van de Wet op de economische delicten.