direct naar inhoud van Artikel 3 Bedrijf
Plan: Zaltbommel, Van Voordenpark
Status: voorontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0297.ZBMBP20120026-VO01

Artikel 3 Bedrijf

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. de uitoefening van de activiteiten van een chemische fabriek met SBI code 20141 nummer A2, zoals opgenomen in Bijlage 1 Staat van bedrijfsactiviteiten, met dien verstande dat ten aanzien van geluid de activiteiten in overeenstemming moeten zijn met een bedrijf in maximaal categorie 4.2;
  • b. onzelfstandige kantoren;
  • c. ondersteunende horeca;
  • d. buitenopslag;
  • e. nutsvoorzieningen;
  • f. water en voorzieningen voor de waterhuishouding;
  • g. veiligheidsvoorzieningen;

één en ander met bijbehorende voorzieningen zoals tuinen, erven, groenvoorzieningen en parkeervoorzieningen.

3.2 Bouwregels
3.2.1 Algemeen

Uitsluitend zijn toegestaan gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, die ten dienste staan van deze bestemming.

3.2.2 Bedrijfsgebouwen

Voor bedrijfsgebouwen gelden de volgende regels:

  • a. bedrijfsgebouwen mogen uitsluitend worden opgericht binnen het bouwvlak;
  • b. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)' is aangegeven;
  • c. het bebouwingspercentage mag niet meer bedragen dan met de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage (%)' is aangegeven;
  • d. indien bedrijfsgebouwen niet aaneen worden gebouwd mag de onderlinge afstand niet minder dan 4,0 m bedragen.
3.2.3 Buitenopslag

Voor buitenopslag gelden de volgende regels:

  • a. buitenopslag is uitsluitend toegestaan binnen het bouwvlak;
  • b. de hoogte van de opslag mag niet meer bedragen dan 5,0 m.
3.2.4 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer bedragen dan 3,0 m;
  • b. de bouwhoogte van vlaggenmasten mag niet meer bedragen dan 8,0 m;
  • c. de bouwhoogte van lichtmasten mag niet meer bedragen dan 17,0 m;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding-schoorsteen' is een schoorsteen toegestaan met een bouwhoogte die niet meer mag bedragen dan 40 m;
  • e. installaties en tanks zijn toegestaan met een bouwhoogte die niet meer mag bedragen dan 10 m, met dien verstande dat de oppervlakte van deze bouwwerken meetellen in het maximum bebouwingspercentage, zoals bedoeld in lid 3.2.2 onder c;
  • f. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer bedragen dan 4,0 m.
3.2.5 Parkeren

Het bedrijf voorziet in voldoende parkeergelegenheid.

3.3 Afwijken van de bouwregels
3.3.1 Telecommunicatiemast

Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.2.4 voor het oprichten van een grondgebonden antenne-installatie voor telecommunicatiedoeleinden, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

  • a. de bouwhoogte bedraagt niet meer dan 40 m;
  • b. in de directe omgeving bestaan geen mogelijkheden voor het mede-gebruik maken van een bestaande antenne-installatie (mast-sharing);
  • c. het bouwwerk wordt gesitueerd op een van de weg afgekeerd deel van de betreffende bedrijfskavel;
  • d. het bouwwerk is op verantwoorde wijze in de omgeving ingepast.
3.3.2 Bouwhoogte gebouwen

Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.2.2 onder b voor het toestaan van gebouwen met een bouwhoogte van 15 m, indien dit om bedrijfstechnische redenen noodzakelijk is.

3.3.3 Bouwhoogte schoorsteen

Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.2.4 onder d voor het toestaan van een schoorsteen met een bouwhoogte van 45 m, indien dit om milieutechnische en/of bedrijfstechnische redenen noodzakelijk is.

3.3.4 Bouwhoogte installaties en tanks

Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.2.4 onder e voor het toestaan van tanks en installaties, met een bouwhoogte van 20 m, indien dit om bedrijfstechnische redenen noodzakelijk is.

3.4 Specifieke gebruiksregels

Onder strijdig gebruik wordt in ieder geval begrepen het gebruiken of laten gebruiken van de gronden en/of opstallen binnen deze bestemming voor:

  • a. woondoeleinden;
  • b. detailhandel;
  • c. kantoren, anders dan bedoeld in lid 3.1 onder b;
  • d. voor het storten van puin en als opslag- of bergplaats van stoffen en/of materialen, werktuigen en gebruikte, afgedankte c.q. aan de oorspronkelijke bestemming onttrokken voorwerpen, behoudens voor zover noodzakelijk in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond en/of realisering van de in het plan aangewezen bestemmingen;
  • e. als opslag van onklare dan wel aan hun normale bestemming onttrokken voer- of vaartuigen of onderdelen hiervan;
  • f. de uitoefening van een seksinrichting en/of (straat)prostitutie.